1. tandarts
De tandarts heeft een voorlopige vulling aangebracht.
Ik was bij de tandarts.
Kent gij een goede tandarts?
Ge zoudt naar een tandarts moeten gaan.
Hij is tandarts van beroep.
2. de tandarts
Holandês palavra "dentist"(de tandarts) ocorre em conjuntos:
DENTIST TERMINOLOGY / TERMINOLOGIE TANDARTS